Vrijwilligerswerk werkt volgens een simpel maar goed principe: als ieder mens een ander mens gelukkig zou maken, is de hele wereld gelukkig. Met deze mooie uitspraak van Wethouder Boeve in ons hoofd ging op zaterdag 24 september een hele groep vrijwilligers op pad in het kader van de jaarlijkse 'Help Mee Dag' van Stichting Ravelijn in Amersfoort. Vier teams voor een schilderklus en vijf teams voor een tuinklus. Lees de ervaring van GroenLinks-raadslid Sieta Koet.

Stichting Ravelijn bemiddelt mensen naar vrijwilligerswerk, ondersteunt kwetsbare mensen door vrijwilligers in te zetten en helpt mantelzorgers de zorg vol te houden.

Ik ben ingedeeld in Team 1 met Marco, Sylvia, Philip en Gerard. Met een baboe-bakfiets vol schilderspullen vertrekken we naar de Trekvogelweg. We bellen aan bij Adee, vluchtelinge uit Eritrea. In de hal hangt een brievenbus die uitpuilt van de reclamefolders. Via de trap met ondiepe betonnen treden komen we op de eerste verdieping. Naast het trapportaal wordt de deur geopend. Een jonge vrouw in een dikke jas opent de deur. Haar glimlach verbergt ellende. Ze geeft een slap handje en trekt zich terug in de keuken.

Adee heeft onlangs deze woning toegewezen gekregen. De nog onbewoonde vierkamer-flat is voorzien van laminaat wat wel een opknapbeurt nodig heeft. "Ze spreekt geen Engels, Frans of Duits," hoor ik zeggen. Terwijl de mannen de schilder­spullen uitpakken en de verf roeren ga ik naar de keuken. Met haar handen gebaart ze mij dat ze vijf maanden zwanger is en een zoon heeft van 12 jaar die met zijn vader in Eritrea verblijft.

Philip, vrijwilliger sinds januari, deelt het werk in. Er is al een begin gemaakt met het sausen van de muren. Vandaag hopen we zo ver mogelijk te komen met het sausen van de muren en de plafonds.

"Sieta, doe jij de randjes van het plafond dan kan Gerard beginnen met de roller." Gerard is gepensioneerd leraar van het LBO en MBO.

Sylvia en Marco nemen een van de slaapkamers onder handen. Sylvia is de directeur van Ravelijn en Marco werkt bij een van de lokale kranten. Van de ene muur is het behang verwijderd, aan de andere zijde zit het behang er nog voor het grootste gedeelte op. Marco kijkt vertwijfelt wat hij daar mee aan moet.

Coördinator Ben, die even binnenloopt, helpt hem uit de droom. "Je kunt gewoon over het behang heen sausen. Er ontstaan grote blazen maar die trekken voor het grootste gedeelte weer weg." Als hij de verbaasde blikken om zich heen ziet voegt hij er aan toe: "Zet je eigen norm even opzij, zeggen wij altijd tegen de vrijwilligers." Het is toch zeker niet de bedoeling dat wij vandaag de muren en plafond verder afwerken? Dat kan nooit in een halve dag. Daar is ons team het snel over eens.

Natanja, communicatie­specialist bij Ravelijn, komt binnen met koffie en krentenbollen. Even een korte pauze. Terwijl ik geniet van mijn kopje koffie, kijk ik uit over een troosteloze wijk. De achtertuintjes staan vol onkruid. De voorzijde kijkt uit over 'De Baander', een school voor praktijk­onderwijs. Daar wil ik nog eens een keertje op werkbezoek.

Als Philip, na de pauze, het plafond in de woonkamer verder wil afschilderen, komt er een hele plak pleister los. "Dat komt omdat er meerdere lagen opzitten. Omdat de laatste laag week is geworden laat het los. De pleister is te dik en de kwaliteit is ook niet je dat," zegt Philip. "Het is Eritrea-kwaliteit," voegt Gerard toe. Ik weet niet of ik daar nu om moet lachen...

Ik ga verder in het slaapkamertje aan de galerijkant. Een kinderlampje hangt verloren aan het plafond. Het behang is er af. Restjes behang zijn blijven zitten. "We kunnen er toch beter een stevig behangetje opzetten in plaats van sausen? Dat wordt nooit wat," zeg ik tegen Philip die zijn roller schoonmaakt in de keuken. Marco beaamt dat. "Rauhfaser behang is de oplossing, dat is lekker dik en je kunt het eventueel later nog eens overschilderen. Het is ook niet zo duur. We hebben geen behang bij ons. Mevrouw betaalt 15 euro per dagdeel en ze betaald ook een gedeelte van de materialen zoals de verf en het behang," zegt Philip. "Dat wist ik niet," antwoord ik, maar heel goed dat deze cliënten weten dat de bomen niet tot in de hemel groeien.

Even na elven komt Adee weer binnen. Ze vraagt mijn aandacht en wijst op de vloer van de woonkamer. Nadat ik haar een knikje geef begint ze gelijk met opruimen. Met een grote emmer sop stort ze zich op de laminaatvloer. Sylvia en Philip gaan aan de slag met schuursponsjes. "Als ze dat iedere dag zo doet dan is er over een jaar niets meer van de vloer over," zeg ik als ik de kletsnatte vloer aanschouw. "Hoe maak je haar duidelijk hoe ze deze vloer moet behandelen?" "Water, not like this," zegt Philip als hij zijn handen wijd uit elkaar spreidt, "but like this," zegt hij terwijl hij vijf centimeter ruimte aangeeft tussen duim en wijsvinger. Adee knikt begrijpend.

Ik begin alvast met het reinigen van de gang. Sylvia volgt, terwijl Adee droog veegt. Met de konten achteruit bewegen we ons naar de voordeur. Voor we het weten staan we buiten. Ze sluit de deur half achter ons om deze aan de binnenkant te poetsen. "Zo geef je non-verbaal aan dat je er klaar mee bent," zegt Sylvia. Gerard en Philip reinigen het gereedschap, terwijl Marco nog maar eens een laagje verf over het half afgescheurde behang smeert.

We nemen afscheid van elkaar met de wetenschap dat je minstens drie weken moet uittrekken om de flat op te knappen.

Tegen één uur genieten we van een bordje soep en een broodje. Als ik mijn auto wil openen blijft mijn hand hangen in een klodder smeerolie die onzichtbaar onder de deurklink is gesmeerd. Ik voel de blik van enkele kwajongens die ergens achter de gordijnen toekijken. Inwendig moet ik lachen, maar ik laat niets merken. Met closetpapier en terpentine helpt Ben mij uit de brand.

Hoe zal Adee er over drie weken bijzitten? Ik ga zeker even kijken.

Sieta Koet

   Ravelijn Klussen voor een ander tijdens Help Mee Dag    Reageren Sieta Koet-Minis,
raadslid GroenLinks Amersfoort,
e.koet-minis@raad-amersfoort.nl