Ik ben als klein jochie in Amersfoort komen wonen. Een mooie tijd, waarbij het grootste verdriet mijn verplaatsing van de Regenboogschool naar de Horizon was. Mijn beste vriendje woonde net aan de andere kant van de lijn, wat betekende dat we niet meer bij elkaar in de klas konden zitten. Een groot verdriet, zo u snapt.
Mijn puberteit was lekker puberend, vol spijbelen, tot diep in de nacht genieten van onze horeca, en ook af en toe een jointje. Ik ben twee keer door de politie ergens weggestuurd, omdat we overlast veroorzaakten. Ik zou hier nog bijna mijn excuses aanbieden, ik kan me voorstellen dat mijn vriendengroep vast en zeker tot irritaties van buurtbewoners heeft geleid.
Toen ik ging studeren, vloog ik uit naar Groningen, en verloor ik langzaam aan mijn wilde haren. Helaas zaten die wilde haren op mijn voorhoofd, en krijg ik steeds grotere inhammen. Maar goed dat hoort bij het ouder worden.
In mijn studententijd kwam ik in aanraking met heel veel verschillende mensen en standpunten. Ik ben mij steeds meer gaan realiseren dat hoe mijn jeugd was, niet normaal is. Dat ik kom uit een liefdevol gezin. Dat we het thuis breed hadden. Dat mijn ouders Marnix en Geke heten, en niet Ali en Fatima. Dat ik ouders heb met universitaire achtergrond.
Zoals velen van jullie weten, ben ik uitgesproken christen. Dat heeft menig wenkbrauw doen fronzen, in combinatie met het actieve lidmaatschap bij GroenLinks. Een tekst die maakt dat ik doe wat ik doe is spreuken 31: ‘spreek voor hen die weerloos zijn, bescherm het recht van de vertrapten.’ Vanuit huis heb ik meegekregen om op te staan als er onrecht gebeurt. Dat heb ik meegekregen vanuit mijn familie. Zo heeft mijn overgrootvader in de oorlog in Kamp Amersfoort gezeten omdat hij zich uitsprak tegen het onderscheid tussen Joden en niet Joden. Hij is daarna doorgevoerd naar Sachsenhausen, en daar overleden.
Voorzitter, mijn opvoeding, huidskleur en achtergrond heeft mij gemaakt tot wie ik ben. En waarom ik hier nu sta, als raadslid van GroenLinks. Maar ook, als ik terugdenk, voor het toegeknepen oogje bij de overlast die ik, met een jointje in m’n binnenzak, veroorzaakte.
Een mooi bruggetje naar het amendement wat voorligt.
Voor jullie ligt het amendement over de wijziging van de APV. De voorgestelde wijziging van het college gaat volgens onze fractie te snel en is volgens ons niet zorgvuldig besproken in de raad. We zouden hierover graag met de commissie in gesprek gaan, als er voorstellen zoals deze voorliggen. Dat hebben we in de commissie ook al voorgesteld. Omdat de APV nu behandeld moet worden, en dit huidige voorstel voorligt, dienen we dit amendement in. Omdat het huidige voorstel softdrugs onnodig criminaliseert.
Als raad hebben we in het verleden besloten dat we openlijk gebruik van lachgas en harddrugs wilden verbieden. In de huidige APV staat: "Het is verboden op of aan een openbare plaats of in een voor publiek toegankelijk gebouw of vaartuig harddrugs of lachgas te gebruiken of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen of stoffen openlijk voorhanden te hebben." De burgemeester gaf aan dat het college vastloopt op het punt van het openlijk voorhanden te hebben. Wij snappen dat en willen hierin de burgemeester steunen. In het raadsvoorstel rondom de verandering staat het volgende:
Voorheen was de eis uit artikel 2:74b dat het ging om het openlijk voorhanden hebben. Het openlijk voorhanden hebben levert een beperking op wanneer drugs wordt aangetroffen bij een fouillering/visitatie. Met aansluiting bij de model APV is ‘openlijk’ geschrapt bij het voorhanden hebben waardoor het bij zich dragen van voorwerpen ten behoeve van het gebruiken van drugs verboden is. Dit houdt in dat sneller wordt voldaan aan de eisen uit het artikel.
Nu is het dan ook de vraag – waarom stellen we dit amendement op? Ons voorstel is toch precies wat het college voorstelt? En dat is nou precies waar het volgens ons spaak loopt. Het voorstel van het college behelst niet alleen harddrugs en lachgas, maar ook softdrugs. Voor onze fractie is dit een principieel punt, namelijk we willen niet dat softdrugs gecriminaliseerd wordt. Maar los van dit principiële punt, is het voor ons onbegrijpelijk dat deze grote verandering zonder gesprek in de commissie is voorgesteld.
Want wat er nu voor ligt, betekent dat als er bijvoorbeeld een dronken ruzie is, iemand wordt opgepakt, en heeft een jointje in zijn zak (of zelfs longvloei, of een grinder). Dat zijn benodigdheden voor het roken van een jointje, in het voorstel staat voorwerpen ten behoeve van het gebruiken van drugs verboden is.
Wij zouden hierover dan ook graag het gesprek willen aangaan met elkaar, in plaats van met stoom en kokend water hierover te moeten besluiten. Onze fractie wil hier ook nogmaals benadrukken dat we hier graag vooraf het gesprek over hadden gevoerd, in plaats van dit voorstel, wat voor ons uit de lucht kwam vallen.
_____
Het amendement werd aangenomen:
https://amersfoort.raadsinformatie.nl/document/14780071/2
Hiermee werd het raadsvoorstel aangepast, en de overlastvrije softdrugs gebruiker wordt niet gecriminaliseerd. Lees hier de volldige APV:
https://amersfoort.raadsinformatie.nl/document/14677507/3?connection_type=1&connection_id=8779530