Op weg naar de gemeenteraads­verkiezingen van maart 2010, vond er op 29 september jl. een wijkbijeenkomst plaats over de Kruiskamp, de Koppel en Liendert voor leden van GroenLinks. Daar werd afgesproken om het initiatief te nemen om een bewoners­platform op te richten, samen met andere geïnteresseerden. Dick van de Velde heeft met het wijkopbouwwerk in de Kruiskamp gesproken om de mogelijkheden daarvoor verder te onderzoeken. Maar eerst reageert hij op de reacties op zijn verslag van de wijkbijeenkomst.

Tweetal reacties

Dick van de Velde heeft een verslag naar de betrokken leden in de wijk gestuurd, daarnaast het bestuur en de fractie op de hoogte gesteld. Er zijn twee reacties gekomen op het verslag. Er is een reactie van een wijkbewoonster, die heel actief en betrokken is bij de bewoners­participatie in de Kruiskamp. En ook een reactie van iemand die meer actief is in de gemeentelijke politiek. Beide reacties zijn belangrijk, en vragen om een antwoord.

De Kruiskamp-bewoonster vindt het initiatief tot een bewoners­platform op zich een goed idee. Ze betwijfelt echter of er veel behoefte aan bestaat. Er zijn naar haar mening zoveel initiatieven in de buurt tot bewoners­communicatie, dat ze soms door de bomen het bos niet meer kan zien. Wat haar opvalt is dat er bij de diverse commissies steeds dezelfde mensen om tafel zitten. Het gaat om een kleine groep veelal oudere autochtone buurt­bewoners die betrokken zijn bij de buurt. En dat zijn niet de mensen die door het populisme worden gevoed.

De andere reactie stelt dat bewoners­participatie niet iets is dat vanuit een politieke partij moet worden opgezet, maar vanuit de gemeente en woning­corporaties. Dat zou bijvoorbeeld kunnen in de vorm van wijk­overleg­platforms, waarbij naast bewoners ook gemeente­ambtenaren en de wijkwethouder aan tafel zitten. Politici die de overleg­avonden bezoeken, kunnen eventueel zaken in de gemeenteraad oppakken en/of uitleg geven.

Bewonersparticipatie

Ik kan me voorstellen dat bewoners niet bepaald zitten te springen om nog een initiatief op het gebied van bewoners­participatie waar ze bij betrokken worden. Ze hebben het al druk genoeg. Toch denk ik dat de verzuchting over "door de bomen het bos niet meer kunnen zien" te maken heeft met het soort bewoners­participatie waar de politicus het over heeft. Sterker nog, ik denk dat het één uit het ander voortkomt. Al voordat de Kruiskamp een krachtwijk werd volgens het Vogelaarplan werd er al flink getrokken aan bewoners­participatie opgezet door de gemeente en woning­corporaties. En dat neemt nu alleen maar toe.

De gemeente en de woning­corporaties hebben volledig de regie over de inspraak. De belangen van de initiatiefnemers zijn niet identiek met de belangen van de bewoners. En in hun drift om snel successen te boeken nemen ze veel initiatieven. Ze putten daarbij steeds uit dezelfde groep betrokken buurt­bewoners die niet helemaal toevallig autochtoon en een middelbare leeftijd hebben. Dit verklaart de reactie van "ik zie steeds dezelfde mensen".

Het opbouwwerk wordt gevraagd ondersteunende werkzaamheden te verrichten om deze formele inspraak te verbreden. Het opbouwwerk is met handen en voeten echter gebonden aan de financiering met inspraak­gelden van woning­corporaties en gemeente. Het is ook niet zo vreemd dat in het gesprek met het opbouwwerk duidelijk aan de orde kwam dat ook het opbouwwerk in die zin 'bevrijd' moet worden, wil het echt kunnen bijdragen aan versterking van sociale samenhang en cohesie in de buurt en wijk.

De overheid, de politiek en de politici kampen met een geweldig imago­probleem dat samen­hangt met een groot wantrouwen dat de afgelopen jaren is ontstaan. Er is sprake van een legitimatie­crisis. De overheid staat niet meer achter haar burgers maar tegenover haar burgers, zo wordt het gevoeld.

Geert Mak

Om aan te geven welk probleem zich in werkelijkheid voordoet leun ik maar even op Geert Mak, die het onlangs zo treffend verwoordde in een artikel in de Volkskrant: Nieuwe flessenpost II - wie bestormt de Bastille?. "Er zijn in het hedendaagse Nederland zeker drie depressie­gebieden die, met of zonder populisten als katalysator, samen voortdurend voor stevige politieke stormen zorgen en dat voorlopig ook blijven doen. Zeker nu de pijn van de economische crisis steeds scherper voelbaar wordt."

In de eerste plaats noemt Geert Mak de media die in een moordende concurrentie verwikkeld zijn en in het voetspoor van internet­ontwikkeling inspelen op sensatie om kijkcijfers en verkoopquota te verhogen. "Als het bloed maar stroomt eten journalisten uit je hand."

Als tweede noemt hij de problemen rond de nieuw­komers, de allochtonen, die langzamerhand verantwoordelijk worden gesteld voor alle problemen die zich in Nederland voordoen. Niet dat er volgens Geert geen problemen zijn: "Ongewild zijn we in West-Europa in de frontlinie van een moeizaam moderniserende Islam terechtgekomen. Dat dwingt iedereen, zowel nieuw­komers als gevestigde Nederlanders, tot kritisch nadenken over normen en waarden, en ook over zichzelf..."

In de derde plaats noemt hij het teloorgaan van legitimiteit, het afbreken van maatschappelijke verbanden, het stuurloos worden van de elites die steeds meer voor zichzelf zijn gegaan en hun macht hebben aangewend voor eigen succes. Geert zegt het mooi: "Er is, kortom, langzamerhand in Nederland een gigantisch legitimiteits­probleem ontstaan. Je leest het al jaren in de bizarre statistiek die zich keer op keer herhaalt: terwijl het overgrote deel van de Nederlanders heel tevreden is met het bestaan, heerst er tegelijk een verbluffend groot wantrouwen jegens politici en de politiek in zijn algemeenheid. Dat wantrouwen was er altijd al onder sommige groepen, maar nu stuit ik, bijna dagelijks, ook op brave nette burgers, leden van de kerkenraad en Amnesty International, vanouds keurige Christen- en sociaal-democratische kiezers, die door een of meer negatieve ervaringen met dat bestuur diep geschokt zijn. Het gaat hier om een verlies aan basis­vertrouwen in onze politieke en bestuurlijke cultuur als geheel. En dat is nog veel zorgelijker dan het fluitspel van de Rattenvanger."

Buurten en wijken

In buurten en wijken worden de problemen gevoeld. Financiële problemen, schulden, werkloosheid, huiselijk geweld, opvoedings­problemen van kinderen, segregatie in het onderwijs, burenruzies, criminaliteit, cultuur­verschillen, jongeren­problematiek, angst om met elkaar in gesprek te gaan. De sociale kwaliteit van de woonomgeving scoort laag in Amersfoort. Laatst werden we door woordvoerders van de gemeente nog om de tuin geleid toen minister van der Laan een bezoek bracht aan de Kruiskamp, zie mijn artikel Van der Laan de nieuwe Messias? Zoals ik in een ander eerder artikel schreef: "Er is heel veel onbehagen, sterker nog; wantrouwen, woede en machteloosheid. Dat uit zich vooral in een gevoel dat 'we niet in staat zullen zijn de problemen die er zijn het hoofd te bieden'." Er is ook geen vertrouwen dat de overheid of de gemeente zal helpen de problemen op te lossen. Vooral de machteloosheid drijft mensen in de armen van de populisten.

Van de formele inspraak die geregisseerd wordt door de gemeente en de woning­corporaties moeten we, denk ik, geen wonderen verwachten. Het is goed dat het gebeurt en dat er in ieder geval invloed is op formele besluitvorming.

Maar waar het bewoners­platform voor bedoeld is, is juist versterking van sociale cohesie en bevordering van de binding in de buurt en de wijk door het starten van een dialoog van onderop. Want groepen spreken elkaar niet, er is een gebrek aan contact aan alle kanten. Dat betekent dat we die mensen om tafel willen hebben die direct te maken hebben met het leven en werken in de wijk. Dus: vrijwilligers uit de speeltuin, ouders van ouderraden van school, leden van de kerkenraad, bestuursleden van de moskee, actieve buurt­bewoners in bewoners­comités, bestuur van de winkeliers­vereniging, van de ouderen­bonden, buurtgroepen, enz. Het grote doel hierachter is een kader te bieden van waaruit probleem­oplossend gewerkt kan worden. Het is met name niet de bedoeling dat de gemeente of woningbouw­verenigingen hierbij aan tafel zitten. Het opbouwwerk kan een ondersteunende rol spelen voor het bewoners­platform.

GroenLinks

Dan komen we tenslotte toe aan de beantwoording van de vraag: "Wat moet GroenLinks in buurten en wijken?" Er zijn mensen die van mening zijn dat er geen taak is weggelegd voor politieke partijen bij bewoners­participatie. Dat moeten we overlaten aan gemeente en woning­corporaties. Ik denk dat dat geen juiste visie is. De politiek zal moeten investeren in buurten en wijken en weer zijn gezicht laten zien. Het oproepen samen met anderen voor het oprichten van een bewoners­platform is daarbij één stap.

Maar er is meer. Welk imago heeft GroenLinks? We worden vooral gezien als een partij van over het algemeen jonge goed opgeleide jongens en meisjes die een hart hebben voor het milieu en zin hebben in de toekomst. In bestuurlijk opzicht binnen Amersfoort worden we vooral gezien als een betrouwbare bondgenoot voor de regenboog­coalitie, waarbij we ons voornamelijk manifesteren binnen het stadhuis. Maar in de buurten en wijken worden we niet herkend.

Ik vind dat daarin verandering moet komen. We kennen onze eigen leden niet eens in wijken en buurten. Tijdens het organiseren van wijkbijeenkomsten werden we geconfronteerd met een groep niet actieve leden: hele oude leden om trots op te zijn, mensen die met weinigen meer een praatje maken, ernstig zieken, hoogzwangere vrouwen, hele drukke managers, ouders met kinderen die op een operatie wachten, mensen die veel tijd in hun kerk steken. Ik vroeg mezelf af: Hebben we wel voldoende aandacht voor deze mensen? Of is een politieke partij vandaag de dag niet meer een sociale gemeenschap? Kennen we alleen nog virtuele gemeenschappen? LinkedIn of Twitter of...?

Ik zou juist GroenLinksers op willen roepen wel actief te worden in buurten en wijken en ze daarin te begeleiden en te ondersteunen. Er ligt zoveel werk te wachten. Denk aan de zwarte scholen waar kinderen een achterstand oplopen qua taal­ontwikkeling. Wij beschikken over de beste opgeleide jongens en meisjes die kunnen helpen met huiswerk­klassen. Zet je in als mentor voor leerlingen die dreigen uit te vallen in het voortgezet onderwijs. Oud-raadslid Ina Vianen, die onlangs overleed, had in het Sovee Nieuws van afgelopen juni een prachtig interview waarin ze vertelde hoe ze in tien jaar tijd mocht meemaken dat tweederde van de leerlingen nadat ze zijn vastgelopen weer terug geplaatst konden worden op school. Dat kan alleen door samen­werking, door betrokkenheid en door passie.

Dus wel een actieve rol van GroenLinksers in de buurten en wijken om samen met anderen de schouders eronder te zetten.

   Nieuws 2009 Wijkbijeenkomst Kruiskamp, Koppel en Liendert Van der Laan de nieuwe Messias? "De politiek in Amersfoort moet een ander gezicht laten zien"    Reageren Dick van de Velde, dickvandevelde@introweb.nl