GroenLinks Amersfoort en met name Annemiek de Crom heeft zich al jaren ingezet om meer natuur­speelplaatsen in onze gemeente te realiseren. Kees Both, pedagoog en onafhankelijk adviseur, activist en publicist op het gebied 'kind en natuur', heeft een mooi artikel geschreven naar aanleiding van de landelijke ontwerp­wedstrijd voor 'groene speelplekken'.

 

Avontuurlijk-natuurlijk spelen en leren
Het aantal natuurrijke buiten­ruimtes bij scholen en kinderopvang, openbare natuur­speelplaatsen en speelbossen is de laatste jaren gegroeid. Een extra impuls voor deze groei was de landelijke ontwerp­wedstrijd voor 'groene speelplekken'. Het winnende ontwerp veranderde een probleem (water­overlast) in een kans voor avontuurlijk spelen en leren voor kinderen.

De wereld van het jonge kind (HJK)
In april 2002 verscheen in HJK het eerste van een lange serie artikelen over de relatie Kind & Natuur. Tot het jaar 2007 konden lezers van deze artikelen het gevoel hebben dat de beschreven praktijken (misschien) wel mooi waren, maar veel te hoog gegrepen voor de overgrote meerderheid van de scholen. Vanaf 2007 is er wat het thema Kind & Natuur betreft echter veel in beweging gekomen. Steeds meer scholen ontwikkelen hun buitenruimte tot een natuurrijk speel- en leerlandschap. Gemeenten richten, vaak samen met buurtorganisaties, natuurspeelplaatsen in. Beheerders van natuurterreinen ontwikkelen speelbossen. Een verscheidenheid aan andere organisaties – van De Kleine Aarde tot en met de voorbeeldtuinen van Appeltern – ontwikkelen voorbeelden van natuurspeelplaatsen. In de kinderopvang is er een 'groene revolutie 'aan de gang, waarbij een natuurrijke buitenruimte een prominente plek krijgt in het pedagogische beleid. Dit alles is een gevolg van nieuw inzicht in de betekenis van regelmatige contacten met de natuur voor de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen. Maar het is ook een poging om de vervreemding van kinderen van de natuur door 'ontgroening' en 'verstening' van hun directe leefomgeving tegen te gaan. Het spelen in en met natuur wordt daarbij beschouwd als een vorm van informeel leren.

Ontwerpwedstrijd
Binnen deze context werd een landelijke ontwerpwedstrijd gehouden, met de titel 'Wie ontwerpt de meest duurzame en hoogwaardige groene speelplek?'.

Enkele ontwerpcriteria vanuit kindperspectief:

  • De groene speelplek moet toegankelijk en bereikbaar zijn voor zo veel mogelijk kinderen.
  • Er moet sprake zijn van een afwisselend speellandschap: hoogteverschillen, licht en donker, open en gesloten, droog en nat.
  • Gebruik van diverse materialen, zoals natuurlijke materialen (hout en steen). De bodem met bijvoorbeeld klei, zand, modder. Water in verschillende vormen: op te pompen, fontein, beek, plas. Beplanting: bloemrijke kruiden, struiken, bomen.
  • Recht doen aan behoeften van kinderen, zoals uitdaging tot intensief bewegen in allerlei vormen, rustig samen ergens kunnen zitten, je thuis en geborgen voelen in de seizoenen, veranderbaarheid van de omgeving.
  • Kinderen moeten actief betrokken zijn bij het ontwerptraject, de realisering, het beheer en de wijze van gebruik.

Naast de kindcriteria waren er criteria voor aanleg en beheer en voor veiligheid. Bijna vijftig ontwerpen werden ingezonden. Daaruit selecteerde de jury tien ontwerpen die genomineerd werden voor de prijs. Van de tien genomineerde ontwerpen waren er vier bij scholen gesitueerd en zes waren openbare speelplaatsen, los van scholen, al worden deze laatstgenoemde speelplaatsen vaak ook door scholen benut.

Winnend ontwerp
Het winnend ontwerp was 'Van Waterlast tot Waterlust', in Harkstede, gemeente Slochteren. Het ontwerp is van Heilien Tonckens van Landschapsbeheer Groningen. Zoals de titel al aangeeft worden waterbeheer en speelnatuur met elkaar verbonden. Het juryrapport schrijft daarover: 'In dit geval is er van een probleem een kans gemaakt.' Het ontwerp combineert een natuurrijk schoolterrein van twee scholen die samen een gebouw delen, met het aangrenzende park voor de buurt, in een nieuwbouwwijk. Bestaande waterpartijen, aanwezige bomen en verharde fiets- en wandelpaden worden behouden. Er zijn veel inheemse soorten struiken en bomen geplant. Om bloemrijke plaatsen te krijgen gebruikt Tonckens zadenmengsels van inheemse planten. Andere delen van het terrein worden nog natter gemaakt: zo wordt er bijvoorbeeld een lange, kronkelende slenk gegraven. Met de hiermee vrijgekomen grond zijn heuveltjes gemaakt. Daardoor en door de beplanting – met 'kruipdoor- en sluipdoorpaadjes' – wordt het terrein spannender voor kinderen. Ook water speelt een belangrijke rol in het nieuw ontworpen terrein. Het heeft een constante diepte van vijftig centimeter en is meer bespeelbaar gemaakt door de flauwe oevers. Hier en daar zijn eilandjes gemaakt. Ook is er een steiger, die in de toekomst verlaagd zal worden tot op het waterpeil, zodat kinderen vanaf die steiger met het water kunnen spelen. Door middel van een rij hoge 'stelten' in het water kunnen kinderen in principe droog oversteken.

Openheid
Kenmerkend voor het ontwerp is de grote mate van openheid bij aanleg en beheer. Er was wel een zo goed mogelijk uitgewerkt plan, maar waar precies wat zou komen, hing ook af van wat er concreet in het veld aan mogelijkheden aangetroffen zou worden. Daarop moest ingespeeld worden. 'Een goede kraanmachinist met een goede begeleiding vanuit de gemeente kon het maatwerk leveren dat enorm belangrijk was bij de realisatie van dit plan,' stelde Tonckens in het plan dat ze indiende voor de wedstrijd. Bij het beheer, in het bijzonder dat van het zich ontwikkelende plantendek, zal rekening worden gehouden met de invloed van spelende kinderen. Want zij, en niet de ontwerper, bepalen door hun gebruik van het terrein waar de paadjes komen te lopen. Wel zijn de eerste jaren her en der aan de randen van bosjes struiken met dorens en stekels geplaatst, om jonge bomen en struiken de mogelijkheid te geven groot te worden. Er is vrijwel geheel gewerkt met materiaal dat elders vrijkomt, zoals rioolbuizen die in de gemeente vrijkwamen en stammen en grote takken van bomen die gekapt moesten worden. Grote veldkeien die in de bodem gevonden zijn, dienen als stapstenen in het water. 'De klimbomen van Robiniahout werden door de gemeente elders gekapt en hier afgeleverd. Ze zijn in de open ruimte ingegraven. (...) Er ligt schors rondom voor valdemping,' aldus Tonckens. De stelten van Robiniahout in het water behoren tot de zeer weinige dingen die elders gekocht zijn. Naar de kinderen toe was er ook openheid: zij hadden een sterke inbreng bij het maken van het plan. De kinderen in de bovenbouw van beide scholen kregen dia's te zien van een avontuurlijke groene speelplek elders en maakten daardoor geïnspireerd tekeningen van wat zij graag als speelplek wilden hebben. Deze ideeën zijn verwerkt in een ontwerp. Ook de bewoners uit de buurt konden indirect meedenken via een vertegenwoordiger van de vereniging 'Dorpsbelangen', die plaats had in de werkgroep die het proces coördineerde. De direct omwonenden konden tijdens een voorlichtingsavond hun wensen kenbaar maken, bijvoorbeeld met betrekking tot behoud van uitzicht. Hiermee is in het ontwerp zo veel mogelijk rekening gehouden.

Fluisterende bamboecirkel en bankjes
Vlak bij de school zijn drie 'buitenlokalen' gemaakt: intieme kringen om met elkaar te praten, te zingen, naar verhalen te luisteren, enzovoorts. Hun namen hebben te maken met de soort begroeiing: de 'levende wilgenhut', de 'fluisterende bamboe cirkel' en de 'geurende egelantieren cirkel'. Deze laatste is genoemd naar de wilde roos, waarvan het blad een heerlijke zoetzure appeltjesgeur verspreidt. Ook ouders en grootouders kunnen terecht op de speelplek: voor hen zijn er her en der op het terrein banken geplaatst. Van iets wat eerst uit losse elementen bestond, werd een geheel gemaakt: de ecologische oever, het vennetje in de buurt, de nieuwe speelplek en het terrein van de school. Op 23 april 2009 werd de speelplek feestelijk geopend.

Het is winter. Alles is bevroren en overal ligt sneeuw. Vanmiddag wandelt leerkracht Sibby Stoppels met een aantal kinderen uit groep 5 naar de steiger. Ze kijken naar beneden en zien een lang spoor met grote pootafdrukken onder de steiger door gaan. Volgens de zoekkaart 'Diersporen' moeten ze van een reiger zijn. Ineens zien ze 'm! Doodstil in elkaar gedoken staat hij op het ijs. Ze sluipen langs de kant dichterbij. Ineens vliegt hij statig op en landt iets verderop op de vijver. Wat een ervaring! Ze zien zijn verse teenafdrukken, dezelfde als die van zonet. Als ze even later om de plas heen lopen, zien ze overal vogelsporen, nu heel kleine. Ineens beleven ze de sneeuw en hun omgeving anders, veel spannender.

Nog twee rondes
De natuurspeelplaats in Harkstede zal de komende jaren alleen maar mooier worden, als de geplante struiken en bomen groeien en er steeds meer bloemen bloeien. Het gebruik binnen het onderwijs zal zich ook ontwikkelen. Maar ook op landelijk onderwijsniveau gaat de groei van natuurrijke speel- en leerplekken voor kinderen verder, niet in het minst door wat tijdens de prijsuitreiking in oktober 2009 namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit medegedeeld werd: het plan is om nóg twee keer zo'n landelijke wedstrijd als deze te financieren. Klasse!

   Links www.springzaad.nl www.ententeflorale.nl